donderdag 1 maart 2012

Cassave-bakkeljauwballetjes

Tijd voor een andere keuken; de Surinaamse! Ik kwam bakkeljauw tegen bij de surinaamse toko en vond hem er zo vreemd uitzien dat ik hem mee heb genomen. Bakkeljauw, stokvis, klipvis, het is allemaal dezelfde vis, het verschil zit hem in de cultuur waar de naam vandaan komt. Stokvis is de oude naam vanuit de vikingen die de vis aan een stok lieten drogen, maar de naam bakkeljauw komt vanuit portugal en Suriname.

 Het is opengesneden vis die gezouten en gedroogd is en ziet er wat vreemd uit. Deze vis is zo zout dat hij eerst ontzouten moet worden. Dit doe je door de vis eerst 6 uur in water te leggen en na 3uur het water te verversen. Daarna de vis nog 10minuten koken en laten afkoelen. Als de vis uit het water komt ziet er hij ongeveer zo uit als de foto hieronder:

 Dan kan je de vinnen, staart en vel van de vis halen. De laatste stap is het uitpluizen van de vis, wat als meer werk klinkt dan dat het is. Je moet gewoon opletten dat er geen graten meer in de stukjes vis zitten.

Verder had ik bij de toko ook een cassave gekocht, want daar had ik ook nog nooit mee gekookt. Toen ik bezig was de cassave te pureren, had ik de cassave kennelijk in te grote stukken gesneden en zaten er grote, stevige draden in mijn puree. Door de cassave wat kleiner te snijden is dit probleem ongeveer opgelost, maar let dus wel op tijdens het pureren! Ik heb het typische Surinaamse hapjes cassave-bakkeljauwballetjes (soort teloh, maar in balletjesvorm) van gemaakt, geserveerd met zoetzure chilisaus en mayonaise. Het recept is genoeg voor zo'n 20 tot 25 balletjes (als kleine hapjes of genoeg voor 2 personen als hoofdgerecht)

Cassave-bakkeljauwballetjes
500 gr cassave
1 bakkeljauw
1-1,5 rode peper (of een madame jeanette)
1 kleine ui
1/2 el tomatenpuree
70 ml melk
2 eieren
20 gr boter
250 ml olie (bv zonnebloem)
nootmuskaat
paneermeer
 zout, peper

Begin met de bakkeljauw voor te bereiden zoals hierboven staat beschreven en pluis de vis uit in kleine stukjes. Schil de cassave en snijd in blokjes. Kook de cassave zo'n 10 a 15 minuten (totdat de cassave gaar is) in gezouten water. Pureer de cassave met de melk. Snijd de ui en rode peper klein. Bak de ui en peper rustig aan in de boter. Voeg dan de vis en tomatenpuree toe. Meng dit met de cassavepuree en breng op smaak met nootmuskaat, zout en peper.
Klop de eieren los met wat water en zet de paneermeel klaar. Maak balletjes van het cassave-vismengsel, haal ze door het eieren en daarna door de paneermeel. Verhit de olie en bak de balletjes bruin. Laat ze uitlekken op wat keukenpapier en serveer met zoetzure chilisaus en mayonaise. Eet smakelijk!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten